{"x-trail-my23-tst":{"Updated_On":"2024.08.01.11.01.27","modelCode":"XTRAILT33A","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"51490","bestPriceVersionKey":"T33A15EEA2","bestPriceGradeKey":"29744-ACENTA"}},"juke-my235":{"Updated_On":"2024.08.01.11.01.22","modelCode":"JUKEF16A","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"31790","bestPriceVersionKey":"F16310TMAC","bestPriceGradeKey":"29887-ACENTA"}},"juke-my235-tst":{"Updated_On":"2024.08.01.11.01.27","modelCode":"JUKEF16A","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"31790","bestPriceVersionKey":"F16310TMAC","bestPriceGradeKey":"29887-ACENTA"}},"juke-my235-HEV-testdrive-request":{"Updated_On":"2024.08.01.11.01.22","modelCode":"JUKEF16A","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"31790","bestPriceVersionKey":"F16310TMAC","bestPriceGradeKey":"29887-ACENTA"}},"ariya-my23":{"Updated_On":"2024.08.01.11.01.24","modelCode":"ARIYAFE0A","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"44990","bestPriceVersionKey":"FE05E63AG2","bestPriceGradeKey":"29644-ENGAGE"}},"townstar-evalia":{"Updated_On":"2025.01.08.15.54.34","modelCode":"TOWNSTARCOMBIXFK1","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"43490","bestPriceVersionKey":"ACE3","bestPriceGradeKey":"30174-ACENTA"}},"ariya-my24":{"Updated_On":"2025.01.02.08.19.02","modelCode":"ARIYAFE0C","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"45690","bestPriceVersionKey":"FE05E63BN2","bestPriceGradeKey":"30092-ENGAGE"}},"townstar-van-my22":{"Retail":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"31990","bestPriceVersionKey":"XFKFE45AA1","bestPriceGradeKey":"29999-ACENTA"},"Updated_On":"2025.01.09.14.36.13","modelCode":"TOWNSTARVANXFK1"},"interstar":{"Retail":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"30140","bestPriceVersionKey":"AC2","bestPriceGradeKey":"29997-ACENTA"},"Updated_On":"2024.08.01.11.01.26","modelCode":"INTERSTARX62C"},"leaf-my22":{"Retail":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"25477","bestPriceVersionKey":"ZE15E40QNC","bestPriceGradeKey":"29630-N-CONNECTA"},"Updated_On":"2025.01.02.08.19.01","modelCode":"LEAFZE1A","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"26367","bestPriceVersionKey":"ZE15E40QNC","bestPriceGradeKey":"29630-N-CONNECTA"}},"juke-my24":{"Updated_On":"2025.01.29.11.03.24","modelCode":"JUKEF16B","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"32690","bestPriceVersionKey":"F16B10TMAC","bestPriceGradeKey":"30061-ACENTA"}},"x-trail-my24":{"Updated_On":"2025.01.02.08.19.03","modelCode":"XTRAILT33B","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"52340","bestPriceVersionKey":"T33A15EEA2","bestPriceGradeKey":"30094-ACENTA"}},"nieuw-interstar":{"default":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"","bestPriceVersionKey":"","bestPriceGradeKey":""},"Updated_On":"2024.08.01.11.01.26","modelCode":"INTERSTARXDD1"},"qashqai-my225-tst":{"Updated_On":"2024.08.01.11.01.28","modelCode":"QASHQAIJ12A","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"39040","bestPriceVersionKey":"J12313LMA2","bestPriceGradeKey":"29681-ACENTA"}},"ariya-my23-tst":{"Updated_On":"2024.08.01.11.01.27","modelCode":"ARIYAFE0A","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"44990","bestPriceVersionKey":"FE05E63AG2","bestPriceGradeKey":"29644-ENGAGE"}},"qashqai-my24":{"Updated_On":"2025.01.02.08.19.01","modelCode":"QASHQAIJ12B","Retail with VAT":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"40640","bestPriceVersionKey":"J12213LMA2","bestPriceGradeKey":"30079-ACENTA"}},"new-nissan-qashqai":{"default":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"","bestPriceVersionKey":"","bestPriceGradeKey":""},"Updated_On":"2024.08.01.11.01.23","modelCode":"J12B"},"primastar":{"Retail":{"priceDisclaimer":"","modelPrice":"30540","bestPriceVersionKey":"AC2","bestPriceGradeKey":"29998-ACENTA"},"Updated_On":"2024.08.01.11.01.25","modelCode":"PRIMASTARX82B"}}
Doorgaan naar hoofdinhoud
Handleidingen
AANMELDEN VOOR NISSAN NOW
ontkoppelen
Open Menu
ALLE MODELLEN
100% ELEKTRISCH
HYBRIDE & e-POWER
BENZINE
Nieuwe Juke
Consumentenprijs
(*)
Nieuwe Qashqai
Consumentenprijs
(*)
LEAF
Consumentenprijs
(*)
ARIYA
Consumentenprijs
(*)
X-Trail
Consumentenprijs
(*)
Townstar Evalia
Consumentenprijs
(*)
Townstar Van
Consumentenprijs
(*)
Nieuwe INTERSTAR-e
Consumentenprijs
(*)
(*) De genoemde vanafprijzen zijn incl. btw/bpm, leges, recyclingbijdrage en kosten rijklaar maken, gebaseerd op de meest recente prijslijst van het betreffende model. Bij een Nissan bedrijfswagen is de genoemde catalogusprijs exclusief BTW en op basis van een voorraadmodel. Prijzen van de nieuwe Interstar worden op een later tijdstip bekendgemaakt. Wijzigingen voorbehouden aan Nissan Benelux.
Toon meer
LEAF
Consumentenprijs
(*)
ARIYA
Consumentenprijs
(*)
Townstar Evalia
Consumentenprijs
(*)
Townstar Van
Consumentenprijs
(*)
Nieuwe INTERSTAR-e
Consumentenprijs
(*)
Alle elektrische auto's
(*) De genoemde vanafprijzen zijn incl. btw/bpm, leges, recyclingbijdrage en kosten rijklaar maken, gebaseerd op de meest recente prijslijst van het betreffende model. Bij een Nissan bedrijfswagen is de genoemde catalogusprijs exclusief BTW en op basis van een voorraadmodel. Prijzen van de nieuwe Interstar worden op een later tijdstip bekendgemaakt. Wijzigingen voorbehouden aan Nissan Benelux.
Toon meer
Nieuwe Qashqai
Consumentenprijs
(*)
X-Trail
Consumentenprijs
(*)
(*) De genoemde vanafprijzen zijn incl. btw/bpm, leges, recyclingbijdrage en kosten rijklaar maken, gebaseerd op de meest recente prijslijst van het betreffende model. Bij een Nissan bedrijfswagen is de genoemde catalogusprijs exclusief BTW en op basis van een voorraadmodel. Prijzen van de nieuwe Interstar worden op een later tijdstip bekendgemaakt. Wijzigingen voorbehouden aan Nissan Benelux.
Toon meer
Nieuwe Juke
Consumentenprijs
(*)
Nieuwe Qashqai
Consumentenprijs
(*)
(*) De genoemde vanafprijzen zijn incl. btw/bpm, leges, recyclingbijdrage en kosten rijklaar maken, gebaseerd op de meest recente prijslijst van het betreffende model. Bij een Nissan bedrijfswagen is de genoemde catalogusprijs exclusief BTW en op basis van een voorraadmodel. Prijzen van de nieuwe Interstar worden op een later tijdstip bekendgemaakt. Wijzigingen voorbehouden aan Nissan Benelux.
Toon meer
Handleidingen
Handleidingen
Nissan Services
Service en onderhoud
Accessoires
Servicebeloften
Pechhulp
NissanConnect in de auto
Oplaadsystemen EV Company
Geschiktheid voor auto
Pairing Process
Handleidingen
Nissan Qashqai 2023 Gebruikershandleiding
11.6.3. Motorserienummer
Het nummer is zoals afgebeeld in de motor geslagen.
Hoofdonderwerp:
Voertuigidentificatie
Gebruikershandleiding van Nissan
1. Voorwoord
1.1. Voorwoord
1.1.1. Belangrijke veiligheidsinformatie!
1.1.2. Bij het lezen van het instructieboekje
1.1.3. Wijzigingen aan het voertuig
1.1.4. Eerst lezen voor veilig rijden
1.1.4.1. Airbagwaarschuwingsstickers (indien aanwezig):
1.1.5. Rijden op de weg en terreinrijden (4WD-modellen)
1.1.6. Accu/batterijen afvoeren
2. Geïllustreerde inhoudsopgave
2.1. Veiligheidsgordels en airbagsysteem
2.2. Buitenzijde voor
2.3. Buitenzijde achter
2.4. Passagiersruimte
2.5. Bestuurdersplaats
2.5.1. Linkse besturing
2.5.2. Rechtse besturing
2.6. Dashboard
2.6.1. Linkse besturing
2.6.2. Rechtse besturing
2.7. Meters en tellers
2.8. Motorruimte
2.8.1. HR13DDT-motor
2.9. Rijhulp (indien aanwezig)
3. Veiligheid — stoelen, veiligheidsgordels en aanvullend veiligheidssysteem
3.1. Stoelen
3.1.1. Voorstoelen
3.1.1.1. Stoelen handmatig verstellen
3.1.1.2. Elektrische stoelen verstellen (indien aanwezig)
3.1.2. Rijstandgeheugensysteem (indien aanwezig)
3.1.3. Stoelverwarming (indien aanwezig)
3.1.4. Massagestoelen (indien aanwezig)
3.1.5. Achterstoelen
3.1.5.1. Neerklappen
3.1.6. Armsteunen (indien aanwezig)
3.2. Hoofdsteunen
3.2.1. Componenten van verstelbare hoofdsteun
3.2.2. Componenten van niet-verstelbare hoofdsteun
3.2.3. Verwijderen
3.2.4. Installeren
3.2.5. Verstellen
3.2.5.1. Omhoog zetten
3.2.5.2. Omlaag zetten
3.3. Veiligheidsgordels
3.3.1. Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van veiligheidsgordels
3.3.2. Veiligheid van kinderen
3.3.2.1. Baby's of kleine kinderen
3.3.2.2. Kinderen
3.3.3. Zwangere vrouwen
3.3.4. Gewonden
3.3.5. Veiligheidsgordelherinneringen
3.3.5.1. Waarschuwingslampje veiligheidsgordels
3.3.5.2. Weergave veiligheidsgordels achterpassagiers (indien aanwezig)
3.3.5.3. Weergave inzittendestatus (indien aanwezig)
3.3.6. Driepuntsveiligheidsgordels
3.3.6.1. De veiligheidsgordels vastmaken
3.3.6.2. De veiligheidsgordels losmaken
3.3.6.3. De werking van de gordels controleren
3.3.6.4. Hoogte van schoudergordel verstellen
3.3.6.5. Middelste zitplaats achter
3.3.6.6. Veiligheidsgordels achterin opbergen
3.3.7. Onderhoud van veiligheidsgordels
3.4. Veiligheidsgordels met gordelspanners
3.5. Veiligheid van kinderen
3.5.1. Baby's en kleine kinderen
3.5.2. Grote kinderen
3.5.3. Wettelijke vereisten
3.6. Kinderzitjes
3.6.1. Voorzorgsmaatregelen bij kinderzitjes
3.6.2. Kinderzitje en ISOFIX-informatie
3.6.2.1. Gewichtsgroep kinderzitje
3.6.2.2. Het kinderzitje voor elke zitplaats selecteren
3.6.3. ISOFIX-kinderzitjes
3.6.3.1. Onderste ISOFIX-bevestigingspunten
3.6.3.2. ISOFIX-bevestigingsconnectoren op het kinderzitje
3.6.4. Bevestiging van het kinderzitje
3.6.4.1. Bevestigingspunt
3.6.5. Installatie van een kinderzitje met behulp van ISOFIX
3.6.5.1. Installeren op de buitenste zitplaatsen van de achterbank
3.6.6. Kinderzitje installeren met driepuntsveiligheidsgordel
3.6.6.1. Op de achterbank installeren
3.6.6.2. Installatie op de voorpassagiersstoel
3.7. Aanvullend veiligheidssysteem (SRS)
3.7.1. Voorzorgsmaatregelen bij het aanvullend veiligheidssysteem (SRS)
3.7.1.1. Aanvullend voorairbagsysteem
3.7.1.2. Aanvullend zijairbagsysteem (indien aanwezig)
3.7.1.3. Aanvullende airbagsystemen
3.7.1.4. Veiligheidsgordels met gordelspanners
3.7.1.5. Airbag waarschuwingsstickers
3.7.1.6. Waarschuwingslampje SRS-airbag
3.7.2. Statuslampje voorpassagiersairbag
3.7.2.1. Automatisch bediend deactiveringssysteem voor de voorpassagiersairbag (indien aanwezig)
3.7.2.2. Handmatig bediend deactiveringssysteem voor de voorpassagiersairbag (indien aanwezig)
3.7.3. Procedure voor reparatie en vervanging
4. Instrumenten en bedieningen
4.1. Meters en tellers
4.1.1. Modellen met analoge meter en kleurendisplay
4.1.2. Modellen met volledige schermweergave
4.1.2.1. De weergave van het meterscherm veranderen (modellen met volledige schermweergave)
4.1.3. Snelheidsmeter en kilometerteller
4.1.3.1. Snelheidsmeter
4.1.3.2. Actieradius (dte)/kilometerteller
4.1.4. Toerenteller
4.1.5. Motorkoelvloeistoftemperatuurmeter
4.1.6. Brandstofmeter
4.1.7. Helderheidsregeling dashboard
4.1.8. Schakelstandindicator Xtronic-transmissie
4.1.9. [ECO rapport]
4.2. Waarschuwingslampjes, controlelampjes en geluidssignalen
4.2.1. Controle van de lampjes
4.2.2. Waarschuwingslampjes
4.2.2.1. Waarschuwingslampje antiblokkeerremsysteem (ABS)
4.2.2.2. Waarschuwingslampje Blind spot warning (BSW) (indien aanwezig)/Intelligent Blind Spot Intervention (indien aanwezig)
4.2.2.3. Remwaarschuwingslampje (rood)
4.2.2.4. Waarschuwingslampje laadstroomcircuit
4.2.2.5. Waarschuwingslampje elektrische parkeerrem (indien aanwezig)
4.2.2.6. Waarschuwingslampje elektrische stuurbekrachtiging
4.2.2.7. Waarschuwingslampje elektrisch schakelsysteem
4.2.2.8. Waarschuwingslampje Emergency Lane Assist (ELA) OFF (indien aanwezig)
4.2.2.9. Waarschuwingslampje motoroliedruk
4.2.2.10. Waarschuwingslampje handen LOS van het stuurwiel (indien aanwezig)
4.2.2.11. Waarschuwingslampje Intelligent Emergency Braking-systeem (IEB) (indien aanwezig)
4.2.2.12. Waarschuwingslampje Lane Departure Warning (LDW) (indien aanwezig)/Intelligent Lane Intervention (ILI) (indien aanwezig)/Emergency Lane Assist (ELA) (indien aanwezig)
4.2.2.13. Waarschuwingslampje laag brandstofniveau
4.2.2.14. Waarschuwingslampje lage bandenspanning (indien aanwezig)
4.2.2.15. Motorstoringswaarschuwingslampje (MIL) (oranje)
4.2.2.16. Hoofdwaarschuwingslampje
4.2.2.17. Waarschuwingslampje Rear Automatic Braking (RAB) (indien aanwezig)
4.2.2.18. Waarschuwingslampje Rear Automatic Braking (RAB) OFF (indien aanwezig)
4.2.2.19. Waarschuwingslampje veiligheidsgordels
4.2.2.20. Waarschuwingslampje airbagsysteem (SRS)
4.2.2.21. Waarschuwingslampje voorligger gedetecteerd (indien aanwezig)
4.2.3. Controlelampjes
4.2.3.1. Controlelampje automatische remvasthoudfunctie (wit)
4.2.3.2. Controlelampje automatische remvasthoudfunctie (groen)
4.2.3.3. Controlelampje dimlichten (indien aanwezig)
4.2.3.4. Controlelampje portiervergrendeling (indien aanwezig)
4.2.3.5. Controlelampje elektrische parkeerrem
4.2.3.6. Controlelampje elektronische stabiliteitsregeling (ESP) UIT (indien aanwezig)
4.2.3.7. Controlelampje mistvoorlampen (indien aanwezig)
4.2.3.8. / Statuslampje voorpassagiersairbag (indien aanwezig)
4.2.3.9. Controlelampje grootlichtassistent (indien aanwezig)/Controlelampje adaptief grootlicht (indien aanwezig)
4.2.3.10. Controlelampje grootlicht
4.2.3.11. Controlelampje Hill Start Assist (HSA) AAN (indien aanwezig)
4.2.3.12. Controlelampje ProPILOT Assist/Rijhulp (indien aanwezig)
4.2.3.13. Controlelampje mistachterlicht (indien aanwezig)
4.2.3.14. Controlelampje stadslichten
4.2.3.15. SLIP-controlelampje (indien aanwezig)
4.2.3.16. Controlelampje Stop/Start-systeem (indien aanwezig)
4.2.3.17. Controlelampjes richtingaanwijzers/waarschuwingsknipperlichten
4.2.4. Hoorbare herinneringen
4.2.4.1. Herinneringssignaal voor open portier
4.2.4.2. Herinneringszoemer voor parkeerrem
4.2.4.3. Herinneringssignaal voor verlichting
4.2.4.4. Herinneringssignaal voor mistlamp
4.2.4.5. Herinneringssignaal voor veiligheidsgordels
4.2.4.6. Herinneringszoemer voor sleutel (modellen met Intelligent Key)
4.2.4.7. Herinneringssignaal voor parkeerstand (indien aanwezig)
4.2.4.8. Herinneringszoemer Stop/Start-systeem (indien aanwezig)
4.3. Voertuiginformatiedisplay
4.3.1. De weergave van het meterscherm veranderen (modellen met volledige schermweergave)
4.3.2. Het voertuiginformatiedisplay gebruiken
4.3.3. Voertuiginformatiedisplay
4.3.3.1. 1. Home
4.3.3.2. 2. Leeg
4.3.3.3. 3. Snelheid (indien aanwezig)
4.3.3.4. 4. Boordcomputer
4.3.3.5. 5. Weergave brandstofbesparing
4.3.3.6. 6. Functie [ECO-pedaalgids]
4.3.3.7. 7. Bandenspanningen
4.3.3.8. 8 en 9. Stop/Start
4.3.3.9. 10. Weergave Intelligente 4x4 koppelverdeling (indien aanwezig)
4.3.3.10. 11 en 12. Navigatie (indien aanwezig)
4.3.3.11. 13. Kompas (indien aanwezig)
4.3.3.12. 14. Audio
4.3.3.13. 15. Telefoon
4.3.3.14. 16. Rijhulp
4.3.3.15. 17. ProPILOT Assist (indien aanwezig)
4.3.3.16. 18. Traffic Sign Recognition (indien aanwezig)
4.3.4. [Instellingen]
4.3.4.1. [Menu snelkoppel.]
4.3.4.2. [ESP-instelling]
4.3.4.3. [Rij-assistentie]
4.3.4.4. [Persoonlijke display] (indien aanwezig)
4.3.4.5. [Head-Up Display] (indien aanwezig)
4.3.4.6. [ECO Modus inst.]
4.3.4.7. [Bandenspanningen]
4.3.4.8. [Klok]
4.3.4.9. [Voertuiginstellingen]
4.3.4.10. [Onderhoud]
4.3.4.11. [Scherminstellingen]
4.3.4.12. [Unit/Taal]
4.3.4.13. [I-key koppeling] (indien aanwezig)
4.3.4.14. [Fabrieksinstellingen]
4.3.5. Algemene informatie en waarschuwingen
4.3.5.1. 1. Ondersteuning bij starten motor (voor modellen met handgeschakelde versnellingsbak (MT))
4.3.5.2. 2. Ondersteuning bij starten motor (modellen met Xtronic-transmissie)
4.3.5.3. 3. Ondersteuning bij starten motor
4.3.5.4. 4. Waarschuwing [Geen sleutel gedetecteerd]
4.3.5.5. 5. Waarschuwing [Gn sltl] [Houd ingedrukt om motor af te zetten]
4.3.5.6. 6. Waarschuwing [Spanning sleutelbatterij laag]
4.3.5.7. 7. Ondersteuning bij starten motor met Intelligent Key-systeem
4.3.5.8. 8. Waarschuwing [Sleutel systeem fout Zie gebruiksaanwijzing]
4.3.5.9. 9–10 Ondersteuningsberichten [Bandenspanningen]
4.3.5.10. 11. Waarschuwing [Lage bandenspanning]
4.3.5.11. 12. Weergave inzittendestatus (indien aanwezig)
4.3.5.12. 13. Weergave veiligheidsgordels achterpassagiers (indien aanwezig)
4.3.5.13. 14. Waarschuwing [Laag brandstofpeil]
4.3.5.14. 15. Ondersteuning bij [Koplampen]
4.3.5.15. 16. Waarschuwing [Let op licht uitzetten]
4.3.5.16. 17. [Koplampen systeem fout: Zie gebruiksaanwijzing]
4.3.5.17. 18. Waarschuwing [Alleen in Auto stand Grootlichtass. aan/uit]
4.3.5.18. 19–20 Ondersteuning bij [Ruitenwissermodus]
4.3.5.19. 21. Ondersteuning bij parkeersensorsysteem [Parkeerassistentie]
4.3.5.20. 22. Waarschuwing [Parkeersensor systeem fout Zie gebruiksaanwijzing]
4.3.5.21. 23. Ondersteuning bij [Alarm aandacht best.] [Pauze nemen?]
4.3.5.22. 24. Waarschuwing [Alarm aandacht best.] [Systeemstoring] (IDA)
4.3.5.23. 25. Waarschuwing portier/achterklep open
4.3.5.24. 26. Ondersteuning bij Xtronic-transmissiestand (indien aanwezig)
4.3.5.25. 27. Ondersteuning bij Lane Departure Warning (LDW)/Intelligent Lane Intervention (ILI) /Blind Spot Warning (BSW)/Intelligent Blind Spot Intervention
4.3.5.26. 28. Waarschuwing [Voeding wordt uitgeschakeld om de accu te sparen]
4.3.5.27. 29. Waarschuwing [Voeding uitgeschakeld om de accu te sparen]
4.3.5.28. 30. Waarschuwing [Parkeerrem deactiveren]
4.3.5.29. 31.–32. Ondersteuning bij [Rijpositie] (indien aanwezig)
4.3.5.30. 33. Indicatielampje [Rijmodusselector]
4.3.5.31. 34-37. Ondersteuning bij [Stop / Start]-systeem
4.3.5.32. 38. Status van [Bewegingssensoren interieur]
4.3.5.33. 39. Ondersteuning bij [Bewegingssensoren interieur ingeschakeld]
4.3.5.34. 40. Ondersteuning bij [Bewegingssensoren interieur uitgeschakeld]
4.3.5.35. 41. Waarschuwing [Controleer stand schakelpook]
4.3.5.36. 42. Waarschuwing [Druk rempedaal in] (indien aanwezig)
4.3.5.37. 43. Ondersteuning bij [Druk rempedaal in] (indien aanwezig)
4.3.5.38. 44. Waarschuwing [Druk op het rempedaal om rollen te voorkomen]
4.3.5.39. 45. Ondersteuning bij [Auto Hold] [Waarschuwing steile helling]
4.3.5.40. 46. Waarschuwing [Auto Hold] [Steile helling Gebruik de voetrem]
4.3.5.41. 47. Ondersteuning bij [Auto Hold] [Druk het rempedaal om de schakelaar te bedienen]
4.3.5.42. 48. Waarschuwing [Onderhoud uitlaatfilter Zie instructieboekje] (indien aanwezig)
4.3.5.43. 49. Ondersteuning bij Neutral Hold-modus (handhaven vrijstand) (indien aanwezig)
4.3.5.44. 50. Ondersteuning bij geactiveerde Neutral Hold-modus (handhaven vrijstand) (indien aanwezig)
4.3.5.45. 51. Ondersteuning bij [Modus voor handhaven vrijstand niet geactiveerd.] (indien aanwezig)
4.3.5.46. 52. Waarschuwing [Schakel naar P-stand]
4.3.5.47. 53. Waarschuwing [Transport mode Druk opslagzekering] (indien aanwezig)
4.3.5.48. 54. Waarschuwing Storing in 12V-stroomvoorziening
4.3.5.49. 55-58. Waarschuwing Motorstoring (indien aanwezig)
4.3.5.50. 59. Waarschuwing [4WD-systeemfout Zie Instructieboekje] (indien aanwezig)
4.3.5.51. 60. Waarschuwing [Hoge temperatuur 4WD. Voertuig stoppen] (indien aanwezig)
4.3.5.52. 61. [Onjuiste bandenmaat Zie Instructieboekje] (indien aanwezig)
4.3.5.53. 62. Waarschuwing [Storing in versnellingsbak Stop op een veilige plaats]
4.3.5.54. 63. Waarschuwing [Onderhoud aan versnellingsbak Vermogen verminderd]
4.3.5.55. 64. Waarschuwing [Storing in versnellingsbak Onderhoud nu]
4.3.5.56. 65. Waarschuwing [Versnellingsbak te heet Vermogen verminderd]
4.3.5.57. 66. Waarschuwing [Stop het voertuig]
4.3.5.58. 67. Waarschuwing [Gebruik handrem]
4.3.5.59. 68. Waarschuwing [Chassis control systeem fout Zie gebruiksaanwijzing]
4.3.6. Rijhulpwaarschuwingen en -ondersteuningsberichten op het voertuiginformatiedisplay
4.3.6.1. 1-5. Waarschuwing [Niet beschikbaar] [Systeemstoring]
4.3.6.2. 6–7. Waarschuwing [Systeem fout]
4.3.6.3. 8-9. Waarschuwing [Systeem fout Zie gebruiksaanwijzing] (indien aanwezig)
4.3.6.4. 10-12. Waarschuwing [Niet beschikbaar Hoge temperatuur camera]
4.3.6.5. 13-16. Waarschuwing [Tijdelijk uitgeschakeld Voorradar geblokkeerd]
4.3.6.6. 17. Ondersteuning bij [Stuurhulp niet beschikbaar. Rijstrook niet waarneembaar.]
4.3.6.7. 18-21. Waarschuwing [Momenteel niet beschikbaar]
4.3.6.8. 22-25. Waarschuwing [Niet beschikbaar Glad wegdek] (indien aanwezig)
4.3.6.9. 26-28. Waarschuwing [Niet beschikbaar Zijradar bedekt] (indien aanwezig)
4.3.6.10. 29-30. Ondersteuning bij [Niet beschikbaar: Camera belemmerd] (indien aanwezig)
4.3.6.11. 31. Ondersteuning bij [Niet beschikbaar Slecht zicht] (indien aanwezig)
4.3.6.12. 32. Ondersteuning bij [Niet beschikbaar Parkeerrem geactiveerd] (indien aanwezig)
4.3.6.13. 33. Ondersteuning bij [Niet beschikbaar: Gordel niet vast] (indien aanwezig)
4.3.6.14. 34. Ondersteuning bij [Druk rempedaal in] (indien aanwezig)
4.3.6.15. 35. Waarschuwing [Niet beschikbaar Systeem staat uit]
4.3.6.16. 36. Waarschuwing [Selecteer rijhulp opties in het menu instellingen]
4.3.6.17. 37-39 Waarschuwing Detectie handen aan het stuur (indien aanwezig)
4.3.6.18. 40. Waarschuwing Intelligent Emergency Braking (IEB) (indien aanwezig)
4.3.6.19. 41. Ondersteuning bij Intelligent Emergency Braking-systeem (IEB) (indien aanwezig)
4.3.6.20. 42-43. Ondersteuning bij stuurhulp (indien aanwezig)
4.3.6.21. 44. Ondersteuning bij [Alleen beschikbaar met Cruise Cont. aan] (indien aanwezig)
4.3.7. Klok en buitenluchttemperatuur
4.3.7.1. Klok
4.3.7.2. Buitentemperatuur (°C of °F)
4.4. [Head-Up Display] (indien aanwezig)
4.4.1. De HUD gebruiken
4.4.1.1. Helderheid van de weergave
4.4.2. Rijhulp/Navigatie/Verkeersborden/Audio/Telefoonkoppeling
4.5. Ruitenwisser-/ruitensproeierschakelaar
4.5.1. Voorruit
4.5.1.1. Ruitenwisserbediening
4.5.1.2. Sproeierbediening
4.5.1.3. Regensensor (indien aanwezig)
4.5.2. Achterruit
4.5.2.1. Ruitenwisserbediening
4.5.2.2. Synchronisatie bij achteruitrijden (indien aanwezig)
4.6. Voorruitverwarming ThermaClear (indien aanwezig)
4.7. Achterruitverwarmingschakelaar
4.8. Schakelaar koplampen en richtingaanwijzers
4.8.1. Koplampschakelaar
4.8.1.1. Verlichting
4.8.1.2. Dagrijverlichting (indien aanwezig)
4.8.1.3. Automatisch verlichtingssysteem (<AUTO> — indien aanwezig)
4.8.1.4. Grootlicht selecteren
4.8.1.5. Dynamische grootlichtassistent (indien aanwezig)
4.8.1.6. Adaptief grootlicht (indien aanwezig)
4.8.1.7. “Friendly Lighting”
4.8.1.8. Accubesparingsfunctie
4.8.2. Schakelaar richtingaanwijzers
4.8.2.1. Richtingaanwijzer
4.8.2.2. Signaal voor veranderen van rijstrook
4.9. Mistlampschakelaar
4.9.1. Mistvoorlamp (indien aanwezig)
4.9.2. Mistachterlicht (indien aanwezig)
4.10. Koplampafstelling
4.10.1. Schakelaar koplampafstelling (indien aanwezig)
4.11. Claxon
4.12. Stuurverwarming (indien aanwezig)
4.13. Stoelverwarming (indien aanwezig)
4.14. Stopcontacten
4.14.1. Achterste USB-voedingspoorten (Universal Serial Bus) (indien aanwezig)
4.14.2. Draadloze oplader (indien aanwezig)
4.14.2.1. Indicatielampje draadloze oplader
4.14.2.2. Werking van de draadloze oplader
4.15. Bergruimte
4.15.1. Bergvakken
4.15.2. Handschoenenkastje
4.15.3. Zonnebrilhouder (indien aanwezig)
4.15.4. Consolevak
4.15.5. Bekerhouders
4.15.6. Flessenhouder
4.15.7. Kledinghaken (indien aanwezig)
4.15.8. Kaartzak (indien aanwezig)
4.15.9. Stoelzak (indien aanwezig)
4.15.10. Dakrail (indien aanwezig)
4.15.11. Hoedenplank
4.15.11.1. Verwijderen
4.15.11.2. Installatie
4.15.12. Vloer van bagageruimte/kofferruimte (indien aanwezig)
4.15.12.1. Bovenste stand (A)
4.15.12.2. Onderste stand (B)
4.15.12.3. Verticale stand (C)
4.15.13. Bagagebevestigingshaken (indien aanwezig)
4.16. Ruiten
4.16.1. Elektrische ruitbediening
4.16.1.1. Hoofdschakelaar elektrische ruitbediening bestuurderszijde
4.16.1.2. Schakelaar van passagiersruiten
4.16.1.3. Automatische functie
4.16.1.4. Ruiten bedienen met de Intelligent Key
4.16.1.5. Als de ruiten niet automatisch sluiten
4.17. Vast glazen dak (indien aanwezig)
4.17.1. Bediening van de zonwering
4.17.1.1. Openen en sluiten
4.17.1.2. Als de zonwering niet werkt
4.18. Binnenverlichting
4.18.1. Binnenverlichtingsschakelaar
4.18.2. Kaartleeslampjes
4.18.3. Binnenverlichting (indien aanwezig)
4.18.4. Leeslampjes achterin (indien aanwezig)
4.18.5. Make-up spiegelverlichting
4.18.6. Bagageruimteverlichting
5. Alvorens te gaan rijden
5.1. Sleutels
5.1.1. Sleutel voor het NISSAN-antidiefstalsysteem (NATS)*
5.1.2. Intelligent Key (indien aanwezig)
5.1.3. Sleutelnummer
5.1.4. Nieuwe sleutels
5.1.5. Nood-/mechanische sleutel
5.1.6. Op afstand openen of sluiten van ruiten
5.1.6.1. Openen
5.1.6.2. Sluiten
5.2. Sleutelloos portieropeningssysteem met afstandsbediening (indien aanwezig)
5.2.1. Het sleutelloos portieropeningssysteem met afstandsbediening gebruiken
5.2.1.1. De portieren vergrendelen
5.2.1.2. De portieren ontgrendelen
5.2.2. Slechte werking van de sleutel
5.3. Intelligent Key-systeem (indien aanwezig)
5.3.1. Werkingsbereik van de Intelligent Key
5.3.2. Het Intelligent Key-systeem gebruiken
5.3.3. Voorzorgsmaatregelen bij het vergrendelen/ontgrendelen van de portieren
5.3.4. Portieren vergrendelen/ontgrendelen
5.3.4.1. Verzoekschakelaar (indien aanwezig)
5.3.4.2. De portieren vergrendelen
5.3.4.3. De portieren ontgrendelen
5.3.5. De auto starten met de Intelligent Key
5.3.6. Slaapstand van de Intelligent Key (indien aanwezig)
5.3.7. Handleiding voor het oplossen van problemen
5.4. Portieren
5.4.1. Superlocksysteem (modellen met rechtse besturing)
5.4.1.1. Noodsituaties
5.4.1.2. Vergrendelen zonder het superlocksysteem te activeren
5.4.2. Vergrendelen/ontgrendelen met de sleutel (bij lege voertuigaccu)
5.4.2.1. Het systeem initialiseren na het opladen/vervangen van de accu
5.4.3. Binnenhandgreep
5.4.3.1. Modellen met Superlocksysteem (indien aanwezig)
5.4.4. Schakelaar centrale portiervergrendeling
5.4.4.1. Modellen met superlocksysteem (modellen met rechtse besturing)
5.4.5. Kinderslot — achterportieren
5.5. Achterklep
5.5.1. Handbediende achterklep (indien aanwezig)
5.5.2. Elektrische achterklep (indien aanwezig)
5.5.2.1. Elektrisch openen (met de schakelaars)
5.5.2.2. Elektrisch sluiten (met de schakelaars)
5.5.2.3. Elektrisch sluiten en vergrendelen
5.5.2.4. Stop- en omkeerfunctie (indien aanwezig)
5.5.2.5. Automatische omkeerfunctie
5.5.2.6. Handmatige modus
5.5.3. Achterklep met voetbediening (indien aanwezig)
5.5.3.1. Functie voor elektrisch openen of sluiten
5.5.3.2. Stop- en omkeerfunctie
5.5.4. Garagemodussysteem (indien aanwezig)
5.5.5. Automatisch sluiten (indien aanwezig)
5.5.6. Ontgrendelhendel achterklep
5.6. Beveiligingssysteem
5.6.1. Alarmsysteem (indien aanwezig)
5.6.1.1. Alarmsysteem bewapenen
5.6.1.2. Werking van het alarmsysteem
5.6.1.3. Bewegingssensoren in het interieur (indien aanwezig)
5.6.2. NISSAN-antidiefstalsysteem (NATS) (indien aanwezig)
5.7. Motorkap
5.8. Brandstofvulklep
5.8.1. De brandstofvulklep openen
5.8.2. Tanken
5.8.3. Bijvullen vanuit een draagbare brandstofcontainer
5.9. Elektrische parkeerrem
5.9.1. Wegrijden met een aanhangwagen
5.10. Automatische remvasthoudfunctie
5.10.1. De automatische remvasthoudfunctie inschakelen/uitschakelen
5.10.1.1. De automatische remvasthoudfunctie activeren
5.10.1.2. De automatische remvasthoudfunctie uitschakelen
5.10.2. De automatische remvasthoudfunctie gebruiken
5.10.2.1. Automatisch remkracht behouden
5.10.2.2. Wegrijden vanuit stilstand
5.10.2.3. Parkeren
5.11. Rijstandgeheugensysteem (indien aanwezig)
5.11.1. Geheugenopslag
5.11.1.1. Geheugenopslag bevestigen
5.11.1.2. Een stand uit het geheugen selecteren
5.11.1.3. Werking van het systeem
5.11.1.4. Gebruikersprofiel koppelen aan een opgeslagen stand in het geheugen (modellen met navigatiesysteem)
5.11.1.5. Een Intelligent Key koppelen aan een opgeslagen stand in het geheugen (modellen zonder navigatiesysteem)
5.11.2. Instap-/uitstapfunctie (alleen model met automatische versnellingsbak)
5.11.2.1. Werking
5.12. Stuurwiel
5.12.1. In hoogte en diepte verstelbaar stuurwiel
5.13. Zonnekleppen
5.14. Spiegels
5.14.1. Binnenspiegel
5.14.2. Automatische anti-verblindingsspiegel (indien aanwezig)
5.14.3. Buitenspiegels
5.14.3.1. Afstellen — Elektrisch verstelbare spiegels (indien aanwezig)
5.14.3.2. Inklappen — Handmatige bediening
5.14.3.3. Inklappen — Elektrisch verstelbare spiegels (indien aanwezig)
5.14.3.4. Inklappen — Automatisch inklappen (indien aanwezig)
5.14.3.5. Kantelfunctie bij achteruit (indien aanwezig)
5.14.4. Make-up spiegel
6. Display, verwarming en airconditioning, en audiosysteem
6.1. Veiligheidsmaatregelen
6.2. Achteruitrijmonitor (indien aanwezig)
6.2.1. Werking van de achteruitrijmonitor
6.2.2. Lezen van de weergegeven lijnen
6.2.3. Verschil tussen geschatte en werkelijke afstanden
6.2.3.1. Achteruit een steile helling oprijden
6.2.3.2. Achteruit een steile helling afrijden
6.2.3.3. Achteruit rijden in de buurt van een uitstekend object
6.2.3.4. Achteruit rijden en een uitstekend object naderen
6.2.4. Parkeren met behulp van geschatte koerslijnen
6.2.5. Display instellen
6.2.6. De geschatte koerslijnen in- en uitschakelen
6.2.7. Beperkingen van het achteruitrijmonitorsysteem
6.2.8. Systeemonderhoud
6.3. Intelligent Around View Monitor (IAVM)
6.3.1. Werking van de Intelligent Around View Monitor
6.3.1.1. Beschikbare weergaven
6.3.2. Verschil tussen geschatte en werkelijke afstanden
6.3.2.1. Achteruit een steile helling oprijden
6.3.2.2. Achteruit een steile helling afrijden
6.3.2.3. Achteruit rijden in de buurt van een uitstekend object
6.3.2.4. Achteruit rijden en een uitstekend object naderen
6.3.3. Parkeren met behulp van geschatte koerslijnen
6.3.4. Wisselen tussen de weergaven
6.3.5. De schermweergave aanpassen
6.3.6. Beperkingen van de Intelligent Around View Monitor
6.3.6.1. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
6.3.7. Systeemonderhoud
6.4. Moving Object Detection (MOD)
6.4.1. Werking van het MOD-systeem
6.4.2. Het MOD-systeem in- en uitschakelen
6.4.3. Beperkingen van het MOD-systeem
6.4.4. Systeemonderhoud
6.5. Ventilatieroosters
6.5.1. Middelste ventilatieroosters
6.5.2. Zijventilatieroosters
6.5.3. Ventilatieroosters achterin
6.6. Verwarming en airconditioning
6.6.1. Bedieningstips (voor automatische airconditioning)
6.6.2. Handbediende airconditioning
6.6.2.1. Bedieningen
6.6.2.2. Werking van de verwarming
6.6.2.3. Werking van de airconditioning
6.6.3. Automatische airconditioning
6.6.3.1. Type A
6.6.3.2. Type B (met stoelverwarming en stuurverwarming, zonder Thermaclear-voorruitverwarming)
6.6.3.3. Type B (met stoelverwarming, stuurverwarming en Thermaclear voorruitverwarming)
6.6.3.4. Automatische bediening (AUTO)
6.6.3.5. Handmatige bediening
6.6.4. Onderhoud van airconditioningsysteem
6.6.4.1. Airconditioningfilter
6.7. Audiosysteem
6.7.1. Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van het audiosysteem
6.7.1.1. Radio
6.7.1.2. USB-verbindingspoorten (Universal Serial Bus)
6.7.1.3. Achterste USB-voedingspoorten (Universal Serial Bus) (indien aanwezig)
6.7.1.4. Bluetooth® audiospeler (indien aanwezig)
6.7.2. Antenne
6.8. FM/AM radio (met DAB) (indien aanwezig)
6.8.1. Hoofdbediening van het audiosysteem
6.8.1.1. AAN/UIT-knop
6.8.1.2. Volumeregeling (VOL)
6.8.1.3. <SETTINGS>-knop
6.8.1.4. Audio-instellingen
6.8.1.5. De klok instellen
6.8.1.6. Menu [Radio]
6.8.1.7. Taalinstellingen
6.8.2. Radiobediening
6.8.2.1. Keuzeknop van radiofrequentieband
6.8.2.2. Handmatig afstemmen
6.8.2.3. SEEK-afstemtoetsen
6.8.2.4. Zendervoorkeuzetoetsen (1) (2) (3) (4) (5) (6)
6.8.2.5. Bediening van DAB en Radiodatasysteem (RDS) (indien aanwezig)
6.8.2.6. DAB- en RDS-functies
6.8.2.7. Verkeersinformatie TA
6.8.3. USB-verbindingspoort (Universal Serial Bus)
6.8.3.1. Een apparaat aansluiten op de USB-ingang
6.8.3.2. MEDIA-knop
6.8.3.3. Hoofdbediening van het audiosysteem
6.8.4. iPod® bedienen (indien aanwezig)
6.8.4.1. iPod® aansluiten
6.8.4.2. MEDIA-knop
6.8.4.3. Hoofdbediening van het audiosysteem
6.8.4.4. <DISP>-knop
6.8.5. Bediening van Bluetooth®
6.8.5.1. Bluetooth®-instellingen
6.8.5.2. Hoofdbediening Bluetooth® audiostreaming
6.8.5.3. <DISP>-knop
6.8.5.4. Bluetooth® mobiele telefoon
6.8.5.5. Specificatieschema
6.9. Apple CarPlay en Android Auto (indien aanwezig)
6.10. NissanConnect (indien aanwezig)
6.10.1. Veiligheidsinformatie
6.10.1.1. Handsfree bediening van de telefoon
6.10.1.2. Hulpfunctie voor handsfree tekstberichten
6.10.1.3. LCD-scherm
6.10.2. Navigatie (indien aanwezig)
6.10.3. Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van het audiosysteem
6.10.4. Kaartgegevens bijwerken (indien aanwezig)
6.10.5. Systeemsoftware bijwerken (indien aanwezig)
6.10.5.1. Bijwerken via het systeemmenu
6.10.6. Wettelijk verplichte informatie
6.10.6.1. Radiogoedkeuringsnummer en informatie
6.10.7. Handelsmerken
6.10.8. Licenties
6.10.8.1. Softwarelicenties
6.10.8.2. Telematics Control unit (TCU) (indien aanwezig)
6.11. Stuurwielschakelaars voor audiobediening (indien aanwezig)
6.11.1. Bedieningsknoppen
6.11.1.1. Bediening voor afspelen (afstemschakelaar)
6.11.1.2. Volumeregelschakelaars
6.12. Mobiele telefoonintegratie voor FM AM radio (indien aanwezig)
6.12.1. Bluetooth® mobiele telefoon
6.12.1.1. Bedieningsknoppen en microfoon
6.12.1.2. Bluetooth® instellingen
6.12.2. Handsfree bediening van de telefoon
6.12.2.1. Een oproep ontvangen
6.12.2.2. Een oproep starten
6.12.2.3. Tweede inkomende oproep
6.12.2.4. Algemene instellingen
6.12.2.5. Werking in de stand-bymodus
7. Starten en rijden
7.1. Inrijden
7.2. Voordat u de motor start
7.3. Voorzorgsmaatregelen bij starten en rijden
7.3.1. Uitlaatgas (koolmonoxide)
7.4. Bandenspanningscontrolesysteem (TPMS) (indien aanwezig)
7.4.1. Meterinformatie
7.4.2. Activering
7.4.3. Nieuwe en herplaatste TPMS-sensoren (inclusief het monteren van alternatieve wielen)
7.4.4. De TPMS-streefspanning aanpassen (indien mogelijk)
7.4.5. Bandenspanningseenheden
7.4.6. Bericht [Koude banden contr.]
7.4.7. TPMS-temperatuurkalibratie (indien mogelijk)
7.5. Voorzorgsmaatregelen bij rijden op de weg en terreinrijden
7.6. Driewegkatalysator
7.6.1. Om schade te helpen voorkomen
7.7. Benzineroetfilter (GPF) (indien aanwezig)
7.8. Turbocompressor
7.9. Tips voor het rijden met uw auto
7.9.1. Opwarmfase van de motor
7.9.2. Bagage inladen
7.9.3. Rijden op een nat wegdek
7.9.4. Rijden in winterweer
7.10. Contactdrukknop (indien aanwezig)
7.10.1. Voorzorgsmaatregelen bij bediening van de contactdrukknop
7.10.2. Intelligent Key-systeem
7.10.2.1. Werkingsbereik
7.10.3. Standen van de contactschakelaar
7.10.3.1. ON (normale bedrijfsstand)
7.10.3.2. OFF
7.10.3.3. ACC
7.10.4. Nooduitschakeling van de motor
7.10.5. Stuurslot
7.10.5.1. Het stuurwiel vergrendelen
7.10.5.2. Het stuurwiel ontgrendelen
7.10.6. Lege Intelligent Key-batterij
7.11. De motor starten
7.12. Met de auto rijden
7.12.1. Rijden met handgeschakelde versnellingsbak
7.12.1.1. Schakelen
7.12.2. Rijden met Xtronic-transmissie
7.12.2.1. De auto starten
7.12.2.2. Schakelen
7.12.2.3. Neutral Hold-modus (indien aanwezig)
7.12.2.4. Handmatige schakelmodus
7.12.2.5. Terugschakelen met het gaspedaal - in D-stand (rijden) -
7.12.2.6. Beschermingsmodus tegen te hoge vloeistoftemperatuur
7.12.2.7. Noodloopfunctie
7.13. Stop/Start-systeem (indien aanwezig)
7.13.1. Normale werking
7.13.2. Weergave van Stop/Start-systeem
7.13.2.1. Stop/Start-systeem ON of OFF
7.13.2.2. Bespaarde CO2-uitstoot of brandstof en motorstoptijd
7.13.2.3. Automatisch starten niet beschikbaar
7.13.2.4. Systeem fout
7.13.2.5. Stop/Start-blokkering
7.13.2.6. Stop/Start-begeleiding ([Stop / Start Druk rempedaal in])
7.13.2.7. Stop/Start-begeleiding ([Stop / Start Laat koppelingspedaal los])
7.13.2.8. Stop/Start-begeleiding ([Stuurprioriteit])
7.13.2.9. Stop/Start-begeleiding ([A/C-prioriteit])
7.13.3. OFF-schakelaar voor het Stop/Start-systeem
7.14. Mild Hybrid technologie (indien aanwezig)
7.15. Vierwielaandrijving (4WD) (indien aanwezig)
7.15.1. Modus [OFF-ROAD]
7.15.2. Modus [SNOW]
7.15.3. Modus [STANDARD]
7.15.4. Modus [ECO]
7.15.5. Modus [SPORT]
7.15.6. Tips voor het schakelen naar 4WD
7.15.7. Veilig rijden met vierwielaandrijving (4WD)
7.16. [Rijmodusselector]
7.16.1. Modus [OFF-ROAD] (modellen met 4WD)
7.16.2. Modus [SNOW] (modellen met 4WD)
7.16.3. Modus [STANDARD]
7.16.4. Modus [ECO]
7.16.4.1. Werking
7.16.4.2. [ECO-mod. aanp.]
7.16.4.3. [Eco spanningen]
7.16.4.4. Functie [ECO-pedaalgids]
7.16.5. Modus [SPORT]
7.17. Traffic sign recognition (indien aanwezig)
7.17.1. Werking van het systeem
7.17.2. Het TSR-systeem in- en uitschakelen
7.17.3. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.17.4. Systeemstoring
7.17.5. Onderhoud
7.18. Blind Spot Warning-systeem (BSW)/Intelligent Blind Spot Intervention-systeem (indien aanwezig)
7.18.1. De BSW- en Intelligent Blind Spot Intervention-systemen
7.18.2. Werking van het BSW-systeem
7.18.2.1. Het BSW-systeem in- of uitschakelen
7.18.2.2. Tijdelijk uitgeschakelde status van het BSW-systeem
7.18.2.3. Systeemstoring
7.18.3. Werking van het Intelligent Blind Spot Intervention-systeem
7.18.3.1. Het Intelligent Blind Spot Intervention-systeem activeren en uitschakelen
7.18.3.2. Intelligent Blind Spot Intervention tijdelijk niet beschikbaar
7.18.3.3. Storing in de Intelligent Blind Spot Intervention
7.18.4. Voorzorgsmaatregelen bij het BSW-/Intelligent Blind Spot Intervention-systeem
7.18.5. Rijsituaties met BSW/Intelligent Blind Spot Intervention
7.18.5.1. Een ander voertuig nadert van achteren
7.18.5.2. Een ander voertuig inhalen
7.18.5.3. Binnenrijden vanaf de zijkant
7.18.6. Systeemonderhoud
7.19. Rear Cross Traffic Alert (RCTA) (indien aanwezig)
7.19.1. Werking van het RCTA-systeem
7.19.2. Het RCTA-systeem inschakelen/uitschakelen
7.19.3. Beperkingen van het RCTA-systeem
7.19.4. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.19.5. Systeemstoring
7.19.6. Systeemonderhoud
7.20. Rear Automatic Braking (RAB) (indien aanwezig)
7.20.1. Werking van het RAB-systeem
7.20.2. Het RAB-systeem AAN/UIT zetten
7.20.3. Beperkingen van het RAB-systeem
7.20.4. Systeemstoring
7.20.4.1. Te nemen maatregelen
7.20.5. Systeemonderhoud
7.21. Lane Departure Warning (LDW) (indien aanwezig)
7.21.1. Werking van het LDW-systeem
7.21.1.1. Het LDW-systeem in- of uitschakelen
7.21.2. Tijdelijk uitgeschakelde status van het LDW-systeem
7.21.3. Storing in het LDW-systeem
7.21.4. Onderhoud van de multisensor camera-eenheid
7.22. Intelligent Lane Intervention (ILI) (indien aanwezig)
7.22.1. Werking van het Intelligent Lane Intervention-systeem
7.22.2. Intelligent Lane Intervention inschakelen/uitschakelen
7.22.3. Beperkingen van de Intelligent Lane Intervention
7.22.4. Intelligent Lane Intervention tijdelijk Niet beschikbaar
7.22.5. Systeemstoring
7.22.6. Onderhoud van de multisensor camera-eenheid
7.23. Emergency Lane Assist-systeem (ELA) (indien aanwezig)
7.23.1. Werking van het ELA-systeem
7.23.2. ELA inschakelen/uitschakelen
7.23.2.1. Rijstrookgevoeligheid instellen
7.23.3. Beperkingen van het ELA-systeem
7.23.4. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.23.5. Systeemstoring
7.23.6. Systeemonderhoud
7.24. Cruise control (indien aanwezig)
7.24.1. Voorzorgsmaatregelen bij cruise control
7.24.2. Functies van de cruise control
7.24.2.1. De cruise control inschakelen
7.24.2.2. De kruissnelheid instellen
7.24.2.3. De kruissnelheid wijzigen
7.24.2.4. Een andere auto inhalen
7.24.2.5. De cruise control annuleren
7.24.2.6. Een vorige kruissnelheid hervatten
7.24.2.7. De cruise control uitschakelen
7.25. Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig)
7.25.1. De snelheidsbegrenzer bedienen
7.25.1.1. De snelheidsbegrenzer inschakelen
7.25.1.2. De snelheidslimiet instellen
7.25.1.3. Een snelheidslimiet wijzigen
7.25.1.4. Een snelheidslimiet annuleren
7.25.1.5. Een eerder ingestelde snelheid hervatten
7.25.1.6. De snelheidsbegrenzer uitschakelen
7.25.1.7. Storing in de snelheidsbegrenzer
7.26. Intelligent Cruise Control (ICC) (indien aanwezig)
7.26.1. Cruise control bedienen
7.26.2. Cruise control-modi selecteren
7.26.2.1. De volgafstandregeling selecteren
7.26.2.2. De traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus selecteren
7.26.3. Volgafstandregeling
7.26.3.1. De volgafstandregeling gebruiken
7.26.3.2. Volgafstandregelingschakelaars
7.26.3.3. Display en indicatielampjes voor de volgafstandregeling
7.26.3.4. Werking van de volgafstandregeling
7.26.3.5. Het ICC-systeem uitschakelen
7.26.3.6. De ingestelde voertuigsnelheid wijzigen
7.26.3.7. De ingestelde volgafstand wijzigen
7.26.3.8. Waarschuwing bij naderen
7.26.3.9. Acceleratie bij inhalen (indien aanwezig)
7.26.3.10. Automatisch annuleren
7.26.3.11. Beperkingen van de volgafstandregeling
7.26.3.12. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.26.3.13. Storing in het ICC-systeem
7.26.3.14. Systeemonderhoud
7.26.3.15. Speed Limit Link - ICC (indien aanwezig)
7.26.3.16. Speed Limit Link - ICC met navigatiesysteem (indien aanwezig)
7.26.4. Traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus
7.26.4.1. Traditionele (vaste snelheid) cruise control-schakelaars
7.26.4.2. Display en indicatielampjes van de traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus
7.26.4.3. De traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus bedienen
7.26.4.4. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.27. Intelligent Cruise Control (ICC) en stuurhulp (indien aanwezig) (op voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.1. Overzicht van ICC en stuurhulp (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.1.1. Intelligent Cruise Control (ICC) (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.1.2. Stuurhulp (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.2. ICC- en stuurhulpsysteembedieningen (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.3. ICC- en stuurhulpsysteemweergave en -indicatielampjes (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.4. Intelligent Cruise Control (ICC) (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.4.1. Cruise control-bedieningen (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.4.2. Cruise control-modi selecteren (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.4.3. Volgafstandregelingmodus (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.4.4. De volgafstandregeling gebruiken
7.27.4.5. Volgafstandregelingschakelaars
7.27.4.6. Display en indicatielampjes voor de volgafstandregeling
7.27.4.7. De volgafstandregeling gebruiken
7.27.4.8. Het ICC-systeem uitschakelen
7.27.4.9. De ingestelde voertuigsnelheid wijzigen
7.27.4.10. De ingestelde volgafstand wijzigen
7.27.4.11. Waarschuwing bij naderen
7.27.4.12. Acceleratie bij inhalen (indien aanwezig)
7.27.4.13. Automatisch annuleren
7.27.4.14. Beperkingen van de volgafstandregeling
7.27.4.15. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.27.4.16. Storing in het ICC-systeem
7.27.4.17. Onderhoud van de ICC-sensor
7.27.4.18. Snelheidslimietkoppeling - ICC en stuurhulp (indien aanwezig)
7.27.4.19. Speed Limit Link - ICC en stuurhulp met navigatiesysteem (indien aanwezig)
7.27.5. Stuurhulp (indien aanwezig) (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.5.1. Stuurhulpsysteembedieningen (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.5.2. Werking van het stuurhulpsysteem (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.5.3. Stuurhulpweergave en -indicatielampjes (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.5.4. Beperkingen van de stuurhulp
7.27.5.5. Stuurhulp tijdelijk op stand-by
7.27.5.6. Stuurhulp annuleren
7.27.5.7. Storing in de stuurhulp
7.27.5.8. Onderhoud van de stuurhulp
7.27.6. Traditionele (vaste snelheid) cruise controlmodus (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.6.1. Traditionele (vaste snelheid) cruise control-schakelaars (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.6.2. Traditionele (vaste snelheid) cruise controlmodusweergave en -indicatielampjes (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.6.3. Traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus bedienen (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.6.4. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.27.7. Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig)
7.27.7.1. De snelheidsbegrenzer bedienen
7.27.8. Lane Departure Warning-systeem (LDW) (indien aanwezig) (voertuigen met ICC/handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.8.1. Werking van het LDW-systeem
7.27.8.2. Tijdelijk uitgeschakelde status van het LDW-systeem
7.27.8.3. Storing in het LDW-systeem
7.27.8.4. Onderhoud van de multisensor camera-eenheid
7.27.9. Intelligent Lane Intervention-systeem (indien aanwezig) (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.9.1. Werking van het Intelligent Lane Intervention-systeem (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.9.2. Intelligent Lane Intervention inschakelen/uitschakelen (voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak)
7.27.9.3. Beperkingen
7.27.9.4. ILI tijdelijk niet beschikbaar
7.27.9.5. Systeemstoring
7.27.9.6. Onderhoud van de multisensor camera-eenheid
7.28. ProPILOT Assist (indien aanwezig)
7.28.1. Werking van het ProPILOT Assist-systeem
7.28.1.1. Intelligent Cruise Control (ICC) (voertuigen met ProPILOT Assist)
7.28.1.2. Stuurhulp (voertuigen met ProPILOT Assist)
7.28.2. ProPILOT Assist-schakelaars
7.28.3. Display en indicatielampjes van het ProPILOT Assist-systeem
7.28.4. De traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus van ProPILOT Assist inschakelen
7.28.5. Het ProPILOT Assist-systeem bedienen
7.28.5.1. De ingestelde rijsnelheid wijzigen
7.28.5.2. Kort accelereren of afremmen
7.28.5.3. De ingestelde volgafstand wijzigen
7.28.5.4. Stuurhulp inschakelen/uitschakelen
7.28.5.5. Het ProPILOT Assist-systeem annuleren
7.28.6. Intelligent Cruise Control-systeem (ICC) van ProPILOT Assist
7.28.6.1. Werking van het ICC-systeem van ProPILOT Assist
7.28.6.2. Geen voorligger gedetecteerd
7.28.6.3. Voorligger gedetecteerd
7.28.6.4. Voorligger stopt
7.28.6.5. Voorligger trekt op
7.28.6.6. Geen voorligger gedetecteerd
7.28.6.7. Bij het inhalen van een andere voertuig
7.28.6.8. Waarschuwing bij naderen
7.28.6.9. Acceleratie bij inhalen (indien aanwezig)
7.28.6.10. Speed Limit Link - ProPILOT Assist (indien aanwezig)
7.28.6.11. Speed Limit Link - ProPILOT Assist met Navi Link (indien aanwezig)
7.28.6.12. Cruise Navi Link - ProPILOT Assist met Navi Link (indien aanwezig)
7.28.6.13. Automatisch annuleren
7.28.6.14. Beperkingen van het ICC-systeem
7.28.6.15. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.28.6.16. Storing in het ICC-systeem
7.28.6.17. Onderhoud van de ICC-sensor
7.28.7. Stuurhulp van ProPILOT Assist
7.28.7.1. Werking van de stuurhulp van ProPILOT Assist
7.28.7.2. Schakelaars voor de stuurhulp van ProPILOT Assist
7.28.7.3. Display en indicatielampjes van de stuurhulp van ProPILOT Assist
7.28.7.4. Intelligent Lane Intervention (ILI) van ProPILOT Assist
7.28.7.5. Detectie handen aan het stuur
7.28.7.6. Stuurhulp inschakelen/uitschakelen
7.28.7.7. Beperkingen van de stuurhulp
7.28.7.8. Stuurhulp tijdelijk op stand-by
7.28.7.9. Stuurhulp annuleren
7.28.7.10. Storing in de stuurhulp
7.28.7.11. Onderhoud van de stuurhulp
7.28.8. Traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus van ProPILOT Assist
7.28.8.1. Schakelaars voor traditionele (vaste snelheid) cruise control van ProPILOT Assist
7.28.8.2. Display en indicatielampjes voor de traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus van ProPILOT Assist
7.28.8.3. De traditionele (vaste snelheid) cruise control-modus van ProPILOT Assist bedienen
7.28.8.4. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.28.9. Snelheidsbegrenzer van ProPILOT Assist (indien aanwezig)
7.28.9.1. Werking van de snelheidsbegrenzer van ProPILOT Assist
7.28.10. Lane Departure Warning-systeem (LDW) van ProPILOT Assist
7.28.10.1. Werking van het LDW-systeem van ProPILOT Assist
7.28.10.2. Tijdelijk uitgeschakelde status van het LDW-systeem
7.28.10.3. Storing in het LDW-systeem
7.28.10.4. Onderhoud van de multisensor camera-eenheid
7.28.11. Intelligent Lane Intervention-systeem van ProPILOT Assist
7.28.11.1. Werking van het Intelligent Lane Intervention-systeem van ProPILOT Assist
7.28.11.2. Intelligent Lane Intervention van ProPILOT Assist inschakelen/uitschakelen
7.28.11.3. Beperkingen
7.28.11.4. ILI tijdelijk niet beschikbaar
7.28.11.5. Systeemstoring
7.28.11.6. Onderhoud van de multisensor camera-eenheid
7.29. Intelligent Forward Collision Warning-systeem (I-FCW) (indien aanwezig)
7.29.1. Werking van het I-FCW-systeem
7.29.2. Het I-FCW-systeem AAN/UIT zetten
7.29.3. Beperkingen van het I-FCW-systeem
7.29.4. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.29.4.1. Situatie A
7.29.4.2. Situatie B
7.29.5. Systeemstoring
7.29.6. Systeemonderhoud
7.30. Intelligent Emergency Braking-systeem (IEB) (indien aanwezig)
7.30.1. Werking van het IEB-systeem
7.30.1.1. Het Intelligent Emergency Braking-systeem (IEB) AAN/UIT zetten
7.30.1.2. Beperkingen van het IEB-systeem
7.30.1.3. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.30.1.4. Systeemstoring
7.30.2. Systeemonderhoud
7.31. Intelligent Driver Alertness (indien aanwezig)
7.31.1. Werking van het systeem
7.31.1.1. Systeem inschakelen/uitschakelen
7.31.1.2. Beperkingen van de Intelligent Driver Alertness
7.31.1.3. Systeemstoring
7.32. Parkeren
7.33. Intelligent Parking Assist (IPA) (indien aanwezig)
7.33.1. Uitschakelen van het IPA-systeem
7.33.1.1. Automatisch annuleren
7.33.2. Parkeerprocedure met behulp van het IPA-systeem
7.33.2.1. Fileparkeren
7.33.2.2. Parkeren op een parkeerplaats
7.33.3. Bedieningstips
7.33.3.1. Storing in het IPA-systeem
7.34. Ultrasone parkeersensoren voor en achter (indien aanwezig)
7.34.1. Werking van het systeem
7.34.2. Het parkeersensorsysteem (sonar) inschakelen/uitschakelen
7.34.3. Beperkingen van het parkeersensorsysteem (sonar)
7.34.4. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.34.5. Systeemonderhoud
7.35. Ultrasone parkeersensoren achter (indien aanwezig)
7.35.1. Werking van het systeem
7.35.2. Het parkeersensorsysteem (sonar) inschakelen/uitschakelen
7.35.3. Beperkingen van het parkeersensorsysteem (sonar)
7.35.4. Systeem tijdelijk niet beschikbaar
7.35.5. Systeemonderhoud
7.36. Een aanhanger trekken
7.36.1. Voorzorgsmaatregelen bij gebruik
7.36.2. Bandenspanning
7.36.3. Veiligheidskettingen
7.36.4. Remmen van de aanhangwagen
7.36.5. Koppelinrichting installeren
7.37. Beveiliging van het voertuig
7.38. Stuurbekrachtiging
7.39. Remsysteem
7.39.1. Voorzorgsmaatregelen tijdens het remmen
7.39.1.1. Vacuümbekrachtigde remmen
7.39.1.2. Natte remmen
7.39.1.3. De remmen gebruiken
7.39.1.4. Heuvelopwaarts rijden
7.39.1.5. Heuvelafwaarts rijden
7.40. Antiblokkeerremsysteem (ABS)
7.40.1. Het systeem gebruiken
7.40.2. Zelfdiagnosefunctie
7.40.3. Normale werking
7.41. Elektronische stabiliteitscontrole (ESP)
7.41.1. Electronic Stability Programme (ESP) uitschakelen
7.42. Chassis Control
7.42.1. Intelligent Trace Control
7.42.2. Intelligent Ride Control
7.43. Hill Start Assist (HSA) (indien aanwezig)
7.44. Rijden in winterweer
7.44.1. Accu
7.44.2. Motorkoelvloeistof
7.44.3. Banden
7.44.4. Speciale winteruitrusting
7.44.5. Corrosiebescherming
8. In geval van nood
8.1. Schakelaar waarschuwingsknipperlichten
8.2. Noodoproepsysteem eCall/SOS (indien aanwezig)
8.2.1. Automatische eCall
8.2.2. Handmatige eCall (SOS-knop)
8.2.3. Systeemstatusindicatielampje
8.2.4. Modaliteiten voor de uitoefening van de rechten van de betrokkene
8.3. Reservewiel
8.3.1. Compact reservewiel (indien aanwezig)
8.3.2. Normaal reservewiel (indien aanwezig)
8.4. Lekke band
8.4.1. De auto tot stilstand brengen
8.4.2. Lekke band verwisselen (Modellen met reservewiel, indien aanwezig)
8.4.2.1. De wielen blokkeren
8.4.2.2. Gereedschap en reservewiel pakken
8.4.2.3. Wieldop verwijderen (indien aanwezig)
8.4.2.4. Wiel verwijderen
8.4.2.5. Wiel aanbrengen
8.4.2.6. Wiel en gereedschap opbergen
8.4.3. Bandenspanningscontrolesysteem (TPMS) (indien aanwezig)
8.4.4. Een lekke band repareren (modellen met een reparatieset voor lekke banden)
8.4.4.1. De reparatieset voor lekke banden tevoorschijn halen
8.4.4.2. Voordat u de reparatieset voor lekke banden gebruikt
8.4.4.3. Band repareren
8.4.4.4. Na het repareren van een band
8.5. Starten met startkabels
8.6. Starten door aanduwen
8.7. Als uw auto oververhit raakt
8.8. Uw auto slepen
8.8.1. Voorzorgsmaatregelen bij het slepen
8.8.2. Aanbevelingen voor het slepen van modellen met tweewielaandrijving (2WD)
8.8.3. Aanbevelingen voor het slepen van modellen met vierwielaandrijving (4WD)
8.8.4. Sleepoog
8.8.5. Auto lostrekken uit zand, sneeuw of modder
8.8.5.1. Gebruik van het sleepoog
9. Verzorging van koetswerk en interieur
9.1. Reinigen van koetswerk
9.1.1. Wassen
9.1.2. Vlekken verwijderen
9.1.3. In de was zetten
9.1.4. De ruiten reinigen
9.1.5. De achteruitrijcamera reinigen (indien aanwezig)
9.1.6. Onderzijde
9.1.7. Verzorging van wielen
9.1.8. Reinigen van lichtmetalen velgen
9.1.9. Verchroomde onderdelen
9.2. Reinigen van het interieur
9.2.1. Luchtverfrissers
9.2.2. Vloermatten
9.2.2.1. Hulp bij het plaatsen van de vloermat
9.2.3. De ruiten reinigen
9.2.3.1. Automatische anti-verblindingsbinnenspiegel (indien aanwezig)
9.2.4. Kunststof delen
9.2.5. Veiligheidsgordels
9.3. Motor reinigen
9.4. Corrosiebescherming
9.4.1. Meest voorkomende factoren die bijdragen aan voertuigcorrosie
9.4.2. Omgevingsfactoren beïnvloeden de mate van corrosie
9.4.2.1. Vocht
9.4.2.2. Vochtigheidsgraad
9.4.2.3. Temperatuur
9.4.2.4. Luchtvervuiling
9.4.3. Uw auto beschermen tegen corrosie
10. Onderhoud en doe-het-zelf
10.1. Onderhoudsvereisten
10.1.1. Periodiek onderhoud
10.1.2. Algemeen onderhoud
10.1.3. Waar u naar toe kunt voor onderhoud
10.2. Algemeen onderhoud
10.2.1. Uitleg van algemene onderhoudspunten
10.2.1.1. Aan de buitenkant van het voertuig
10.2.1.2. Onder de motorkap en onder de auto
10.2.1.3. In de auto
10.3. Voorzorgsmaatregelen bij onderhoud
10.4. Motorruimte
10.5. Motorkoelsysteem
10.5.1. Motorkoelvloeistofniveau controleren
10.5.2. Motorkoelvloeistof vervangen
10.6. Motorolie
10.6.1. Motoroliepeil controleren
10.6.2. De motorolie verversen en het oliefilter vervangen
10.6.2.1. Motorolie verversen
10.6.2.2. Motoroliefilter vervangen
10.6.3. Bescherm het milieu
10.7. Xtronic-transmissievloeistof
10.8. Remmen
10.8.1. Parkeerrem controleren
10.8.2. Rempedaal controleren
10.8.2.1. Zelfstellende remmen
10.9. Rem- en koppelingsvloeistof
10.10. Ruitensproeiervloeistof
10.11. Accu
10.11.1. Voertuigaccu
10.11.1.1. Accu (type A)
10.11.1.2. Onderhoudsvrije accu (type B)
10.11.1.3. Reïnitialisatieprocedure na opnieuw aansluiten van de accu
10.11.1.4. Modellen met Stop/Start-systeem
10.11.1.5. Vermijd ontladen van de accu
10.11.2. Starten met startkabels
10.11.3. Batterij van de Intelligent Key vervangen
10.11.3.1. Vervangen
10.12. Aandrijfriemen
10.13. Bougies
10.13.1. Bougies vervangen
10.13.1.1. Bougies met iridium-platina punten
10.14. Luchtfilter
10.14.1. Filterelement van droog papier
10.15. Ruitenwisserbladen
10.15.1. Reinigen
10.15.2. Ruitenwisser voorruit vervangen
10.15.3. Wisser van achterruit vervangen
10.15.4. Sproeiermondstuk voorruit
10.16. Zekeringen
10.16.1. Passagiersruimte
10.16.1.1. Zekeringschakelaar voor langdurige opslag
10.16.2. Motorruimte
10.17. Lampjes
10.17.1. Koplampen
10.17.1.1. LED-koplamp
10.17.2. Buitenverlichting
10.17.3. Binnenverlichting
10.17.4. Posities van verlichting
10.17.4.1. Vervangingsprocedures
10.18. Wielen en banden
10.18.1. Bandenspanning
10.18.2. Soorten banden
10.18.2.1. Vierseizoenenbanden
10.18.2.2. Zomerbanden
10.18.2.3. Winterbanden
10.18.3. Sneeuwkettingen
10.18.4. Banden roteren
10.18.5. Slijtage en schade aan de banden
10.18.6. Leeftijd van de band
10.18.7. Vervangen van banden en wielen
10.18.8. Modellen met vierwielaandrijving (4WD)
10.18.9. Wielbalans
10.18.10. Reservewiel
10.18.10.1. Traditioneel reservewiel/-band (indien aanwezig)
10.18.10.2. Noodreservewiel/band (indien aanwezig)
10.18.10.3. Reparatieset voor lekke banden (indien aanwezig)
10.18.11. Verzorging van wielen
11. Technische informatie
11.1. Aanbevolen vloeistoffen/smeermiddelen en inhoudsmaten
11.1.1. Brandstofinformatie
11.1.1.1. Benzinemotor
11.1.2. Aanbevolen SAE-viscositeitsnummer
11.1.2.1. Motorolie
11.1.3. Koel- en smeermiddel voor airconditioningsysteem
11.2. Motor
11.3. Wielen en banden
11.4. Afmetingen
11.5. Reizen of registreren in een ander land
11.6. Voertuigidentificatie
11.6.1. Voertuigidentificatieplaatje
11.6.2. Voertuigidentificatienummer (VIN) (chassisnummer)
11.6.3. Motorserienummer
11.6.4. Bandenspanningssticker
11.6.5. Specificatiesticker aircosysteem (indien aanwezig)
11.6.6. Aanvullende gegevensopslag (indien aanwezig)
11.7. RF-zender installeren
11.8. Goedkeuringsnummers
11.8.1. Intelligent Key-systeem
11.8.1.1. Intelligent Key-handeenheid (indien aanwezig)
11.8.1.2. Regeleenheid Intelligent Key-systeem (indien aanwezig)
11.8.2. Bandenspanningscontrolesysteem (TPMS) (zender)
11.8.3. Radarsystemen
11.8.3.1. Voorradarsensor (indien aanwezig)
11.8.3.2. Zijradarsensor (indien aanwezig)
11.8.4. Audiosystemen
11.8.4.1. FM AM radio (indien aanwezig)
11.8.5. Telematics Control Unit (indien aanwezig)
11.9. Goedkeuring radiofrequenties
11.9.1. Informatie over CE-goedkeuring
11.9.2. Informatie over UKCA-goedkeuring
12. Wettelijk verplichte informatie
12.1. Informatie over het milieu
12.1.1. Milieuproblematiek
12.1.2. Naleving bij elke stap
12.1.3. We bouwen onze voertuigen met recycling in gedachten
12.1.3.1. Ontwerpfase
12.1.3.2. Productiefase
12.1.3.3. Productie- en distributiefase
12.1.3.4. Gebruiks- en servicefase
12.1.3.5. Afvoerfase
12.1.4. Veiligheidsinformatie voor de gebruiker en voor de klant (REACh)
12.1.5. Bescherm het milieu tijdens het rijden
12.1.5.1. Zuinig rijden
12.1.5.2. Sluit de ramen wanneer u rijdt
12.1.5.3. Gebruik het imperiaal alleen indien noodzakelijk
12.1.5.4. Optimaliseer het gebruik van de airconditioning
12.1.5.5. Gebruik de parkeerrem op hellingen
12.1.5.6. Houd een veilige afstand
12.1.5.7. Check uw bandenspanning
12.1.5.8. Laat uw auto regelmatig nakijken
12.2. AIRBAGSTICKER (indien aanwezig)
13. Nawoord
13.1. Korte inhoudsopgave
PDF DOWNLOADEN
Home
Handleidingen
OFFERTE AANVRAGEN
PROEFRIT BOEKEN
ACTIES BEKIJKEN